|
Natuurlijke voortplanting en de cyclus van de teef
|
|
In de cyclus van de teef zijn vier perioden te onderscheiden:
|
|
1. Pro-oestrus: Tijdens deze fase begint het oestrogeen niveau te stijgen. Daardoor rijpen de eicellen. De vulva zwelt wat
opn en er drupt bloed uit. De teef is in deze periode onrustig en urineert vaak met kleine beetjes. Ze is nog niet in de stemming
om gedekt te worden, maar de reuen vinden haar al wel interessant. De pro-oestrus duurt vaak vijf tot negen dagen maar kan
korter en veel langer duren.
|
|
2. Oestrus: Als het oestrogeenniveau scherp stijgt, is dat een teken voor de hersenen dat de eicellen bijna klaar zijn voor
de ovulatie (eisprong). Het oestrogeenniveau daalt weer en de LH(luteïniserend hormoon)-productie wordt sterk opgevoerd. Tegelijkertijd
neemt ook de progesteronproductie toe en de eisprong vindt achtenveertig uur na de LH-piek plaats. De teef bloedt nog maar
heel weinig of is helemaal gestopt. De teef is in de stemming om gedekt te worden. Alleen tijdens de oestrus is de teef vruchtbaar
en kan een dekking succesvol zijn. De oestrus duurt meestal maar drie dagen, maar het kan ook korter of langer duren. De pro-oestrus
en de oestrus samen worden de loopsheid genoemd.
|
|
3. Di-oestrus: Dit is de periode na de oestrus, deze duurt ongeveer zesenvijftig tot achtenvijftig dagen. Gedurende deze periode
is het progesteron(zwangerschapshormoon)-niveau hoog, zowel in de drachtige als de niet-drachtige teef. Dit is waarschijnlijk
ook de reden waarom sommige niet-drachtige teven na hun loopsheid schijndrachtig worden. Een schijndrachtige teef wordt vaak
dikker, krijgt ontwikkelde melkklieren, opgezette tepels en vertoont nestelgedrag. Ze zoekt vaak een rustige plek op en sleept
er van alles (sokken, knuffels, schoenen enzovoort) mee naar toe alsof het haar pups zijn. Soms is ze in die periode erg beschermend
en vertoont ze daardoor agressief gedrag. Dit kan zowel op soortgenoten als op mensen gericht zijn.
|
|
4. Anoestrus: Dit is de periode tussen twee loopsheden in. Je kunt aan het uiterlijk of het gedrag dan niet zien dat het dier
seksueel actief zou kunnen zijn. Het hele voortplantingssysteem staat in een sluimerstand.
|
|
|
|