Erfelijkheid kleureffecten

Naast de genen voor de basiskleuren is er een aantal genen dat ervoor kan zorgen dat de dieren een variant hebben van zwart of bruin of vos. Varianten die hier aan de orde komen zijn: schimmels die met witte haren tussen een gekleurde vacht geboren worden (roan), schimmels die gekleurd geboren worden, maar met het ouder worden langzaam wit worden en paarden met delen van de vacht wit en andere delen (gescheiden) gekleurd, dat zijn bonte paarden.

Dominante effecten

Roan is een aparte kleursoort. Deze komt zowel bij zwarte als bij bruine als bij voskleurige paarden voor. Het hoofd en de benen zijn de ‘oorspronkelijke’ kleur (dus zwart of bruin) en op het lichaam zitten daarnaast ook heel veel witte haren. De staart en manen zitten daar qua kleur vaak tussenin: ze bevatten wel witte haren maar minder dan het lichaam. Vanwege de vele witte haren op het lichaam worden deze dieren ook wel onveranderlijke schimmels genoemd (zij worden namelijk niet witter als ze ouder worden). Veel Belgische trekpaarden zijn roan. Roan erft dominant over. Dus als een dier voor het Roan-gen (Rn-gen) RnRn of Rnrn is dan is het een roan. Als het rnrn is, dan heeft het de oorspronkelijke kleur, dus zwart, bruin of vos.
De grijze en witte paarden (schimmels) zijn bijna allemaal als zwart, bruin of voskleurig geboren. Maar deze paarden hebben het dominante allel voor de vergrijzing die ligt op het G-gen. Dus een paard dat GG of Gg is wordt met de jaren langzaam witter. Dieren die gg zijn, blijven de kleur waarin ze geboren zijn. De Gg en GG dieren worden ook wel veranderlijke schimmels genoemd, omdat ze ieder jaar een beetje witter worden. Hoe lang het duurt om wit te worden varieert sterk.
Bont is eigenlijk geen kleur, maar een vachtpatroon, ook wel platenbont genoemd. Bonte dieren hebben witte vlakken (‘platen’) op hun lichaam. Er zijn zwartbonte, bruinbonte en vosbonte paarden. Tegenwoordig is de Tinker heel populair en die is vaak bont. Bont erft, net als roan en schimmel, dominant over. Het wordt bepaald door het O-gen. Dieren die OO of Oo zijn, zijn bont en dieren die oo zijn niet.
LET OP! Een paard dat roan of schimmel of bont is, MOET dus één of twee ouders hebben die dat ook waren! Een roan of schimmel of bont paard kan NOOIT geboren worden uit twee bruine, zwarte of voskleurige ouders. Andersom kan het wel dat een ouder schimmel, roan of bont is, maar de nakomeling niet. In dat geval weet je zeker dat die ouder heterozygoot was voor dat kleureffect (dus een grote en een kleine letter).

Verdunning

Tot slot zijn er binnen de bruine, zwarte en voskleurige paarden nog gradaties aan te brengen. Die worden veroorzaakt door genen die de kleur verdunnen. Een veel voorkomend gen is het Cr-gen. Een dier dat crcr is, heeft de onverdunde kleur. Een dier dat Crcr is, heeft een enkel verdunde kleur. Een genetisch voskleurig paard wordt dan palomino, een genetisch bruin paard wordt valk, maar een genetisch zwart paard blijft zwart. Een dier dat CrCr is, heeft een dubbel verdunde kleur. Een genetisch bruin en voskleurig dier wordt met een dubbele verdunningsfactor cremello en een genetisch zwart dier perlino. De ogen en de huid van deze dieren zijn ook lichter van kleur.
Het is soms erg moeilijk om kleuren van de basiskleuren te onderscheiden, daarom is het heel belangrijk om de kleur direct bij de geboorte te noteren, omdat die dan het best zichtbaar is.
sluit