|
De meeste paarden- en ponystamboeken selecteren eigenlijk alleen heel bewust in de hengsten. De hengst moet zich bewijzen,
voordat hij wordt goedgekeurd als dekhengst. Vaak gebeurt dat op een keuring waar de hengst aan de hand wordt voorgeleid in
stap en draf. Keurmeesters bekijken hoe de hengst eruit ziet en hoe hij beweegt. Vaak letten zij dan ook op de afstamming
van de hengst. Een hengst met een goede vader of met een vader die nog niet veel gebruikt is, heeft dan vaak een streepje
voor, of omdat het gunstig is deze ‘goede’ genen in de populatie door te geven of omdat er nieuwe genen in de populatie komen,
wat onder andere goed is tegen inteelt.
|
|
|
|
Bij een aantal stamboeken is de fokker verplicht om na een dekseizoen veulens te laten zien om een idee te krijgen van de
kwaliteit van de hengst als vader. Bij een beperkt aantal stamboeken moet de hengst zich nog meer bewijzen voordat hij dekhengst
mag worden. Bij het KWPN (Koninklijk Warmbloed Paardenstamboek Nederland), bijvoorbeeld, moeten de hengsten na de keuring
aan de hand, ook een soort sportexamen afleggen. De jonge hengsten worden eerst een aantal weken getraind en beoordeeld. De
beoordelingen die tijdens die training worden verzameld samen met het eindexamen, bepalen of de hengst wordt goedgekeurd.
Later worden dan ook nog de veulens beoordeeld. Vaak komen de hengsten zelf ook in sportwedstrijden uit, zodat fokkers met
eigen ogen kunnen zien hoe het dier presteert.
|
|
|
Een veulen wordt opgenomen in het stamboek wanneer de merrie aan een aantal minimum eisen voldoet die stamboek stelt. Deze
eisen verschillen per stamboek en variëren van de ouders moeten raszuiver zijn tot een paard moet binnen de kleuren (Friezen)
of eisen voor het uiterlijk van het desbetreffende stamboek vallen.
|
|
|
Een merrie die in het stamboek is opgenomen, kan ook een predicaat, een eervolle vermelding, krijgen wanneer op de keuring
blijkt dat ze bij de topmerries behoort. Als haar nakomelingen het ook goed doen op de keuring of in de sport, kan ze daar
ook predicaten voor halen. Bij sommige stamboeken zijn, net als voor de jonge hengsten, prestatietests beschikbaar voor de
merrie zelf. Maar die worden niet als voorwaarde gesteld om met de merrie te mogen fokken. Sterker nog, veel fokmerries worden
zelfs nooit in de sport uitgebracht.
|
|
|
Sommige stamboeken hanteren prestatiepredicaten voor de merries en de hengsten. Die predicaten kunnen de dieren zelf behalen
als zij in een hoge klasse uitkomen in de dressuur of bij het springen, maar zij kunnen die predicaten ook krijgen als hun
nakomelingen goed presteren in de sport. Deze predicaten vormen een stimulans om de dieren in de sport uit te brengen. Het
voordeel is bovendien dat het voor iedereen duidelijk is dat de hengst of merrie goed is in het type sport waar hij of zij
voor gefokt is.
|
|
|