Natuurlijke voortplanting hengst

Hengsten zijn vaak al vanaf twaalf maanden geslachtsrijp. Het is dan ook zaak op te letten dat ze vanaf die leeftijd niet meer met merries in een wei staan (of in de wei ernaast). Er gebeuren regelmatig ‘ongelukjes’ op die manier. Hengsten worden pas ingezet als dekhengst nadat ze zijn goedgekeurd voor de fokkerij. Dat is meestal op de leeftijd van drie jaar. Sommige hengsten komen pas op latere leeftijd in de dekdienst omdat ze eerst een sportcarrière afronden. In de draf- en rensport komt dit vaak voor, maar ook bij rijpaarden gebeurt het. Bij sommige stamboeken (bijvoorbeeld het Arabische Volbloedpaarden Stamboek) hoeven hengsten niet per se te zijn goedgekeurd om hun nakomelingen te mogen opnemen in het stamboek. In die gevallen is een slimme maatregel genomen.  De merriehouder dient extra registratiekosten te betalen voor een veulen van een niet-(goed)gekeurde hengst. Dit is een behoorlijk hoog bedrag, dat veel merriehouders ervaren als een boete. Zo probeert het stamboek het gebruik van goedgekeurde hengsten te stimuleren.
sluit