Genetische variatie: tussen en binnen rassen

In de loop van de eeuwen zijn verschillende runderrassen ontstaan door natuurlijke of kunstmatige selectie. De natuurlijke selectie zorgde ervoor dat de dieren die zich beter konden aanpassen aan de omstandigheden, langer leefden en meer nakomelingen kregen. De kunstmatige selectie bestond eruit dat veehouders bewust die ouderdieren de kans gaven om (meer) nakomelingen te krijgen, die het best pasten bij hun doelstellingen. Op deze manier zijn er wereldwijd veel verschillende runderrassen ontstaan, die gebruikt kunnen worden voor de fokkerij.
Binnen de diersoort rundvee wordt ongeveer 50% van de genetische verschillen bepaald door de verschillen tussen de rassen. Van die verschillen kan een fokker gebruikmaken in kruisingen waarbij hij gunstige eigenschappen van verschillende rassen wil combineren. De andere 50% van de genetische variatie bij rundvee wordt gevormd door de genetische verschillen binnen de rassen, door de erfelijke verschillen die bestaan tussen de dieren van hetzelfde ras.
Het oorspronkelijke Nederlandse MRIJ-ras is een ras waarmee de genetische verschillen tussen rassen goed kan worden geïllustreerd. Dit ras heeft de basis gevormd voor het Rode Holstein Friesian ras in Nederland (melkkoe) en ook voor het Verbeterd Roodbont ras (dikbil).
sluit