Selectie raskenmerken

Elk ras heeft zijn eigen raskenmerken en algemene  uiterlijke kenmerken. Deze kenmerken  worden vastgelegd in een stamboek. Voordat een dier wordt erkend als fokdier, wordt bekeken of het voldoet aan al deze kenmerken. Sommige stamboeken zijn daar streng in, andere minder. Er zijn zelfs stamboeken die deze kenmerken nog aanvullen met eigenschappen die van meer praktische aard zijn. Melkschapen, bijvoorbeeld, moeten een goed gevormde uier hebben met een stevige ophangband, goede speenplaatsing en speenomvang. Dit heeft een directe relatie met de duurzaamheid van de uier en daarmee ook van de ooi.
Bij de verschillende schapenrassen wordt veel aandacht besteed aan de bestrijding van scrapie en aan erfelijke gebreken (zie Ziektefokkerij). Andere gezondheidskenmerken worden zelden gemeten. Natuurlijk mag een dier geen uiterlijke afwijkingen hebben wanneer er mee gefokt wordt. Maar hoe goed een schaap bestand is tegen infecties zoals blauwtong , wordt in de fokkerij niet meegenomen.
sluit